Een onderbelichte verantwoordelijkheid: de bestuurlijke integriteit van het regiolichaam

28 oktober 2019 | Blog

Het komt maar zelden voor dat binnen een regionaal bestuurlijk samenwerkingsverband een gezamenlijk integriteitsbeleid bestaat. Bestuurders wijzen op dit vlak vaak op de rol van de deelnemers zelf. Toch zijn er veel gevallen denkbaar waarin er aanleiding bestaat om op regionale schaal afspraken te maken. De afstand tot de lokale actoren is namelijk vaak groot, en de verantwoordelijkheid voor de bestuurlijke integriteit van het regiolichaam ligt bij het samenwerkingsverband zelf.

Verlengd lokaal bestuur

Het is niet verwonderlijk dat maar weinig regiolichamen over een eigen integriteitsinstrumentarium beschikken. De Wet gemeenschappelijke regelingen (‘Wgr’) regelt hierover namelijk niets. Zo rust op de voorzitter van het regiolichaam geen zorgplicht voor de bestuurlijke integriteit, en is het algemeen bestuur evenmin gehouden om gedragscodes vast te stellen. Hierin verschillen zij van hun evenknieën in de gemeente, de provincie, en het waterschap.

Voor dit verschil in (juridische) verantwoordelijkheden bestaat een duidelijke verklaring. Bij samenwerking op grond van de Wgr is immers sprake van verlengd lokaal bestuur; de legitimiteit van het regiolichaam rust op die van de deelnemende overheden. Dat betekent dat de bestuurders van het regiolichaam ook steeds lokale bestuurders blijven, en dus op lokaal niveau verantwoording afleggen.

Het regiolichaam staat zelf aan de lat

Toch lijkt het te eenvoudig om voor de bestuurlijke integriteit van het regiolichaam te volstaan met de verwijzing naar de lokale actoren en instrumenten. In dat verband geldt ten eerste dat de regering heeft benadrukt dat zij vooral zélf aan de lat staan. In een debat over haar voorstellen om de integriteit van het lokaal bestuur te versterken, merkte minister Ollongren (BZK) over het borgen van integriteit in samenwerkingsverbanden op dat dit “uiteindelijk een verantwoordelijkheid is die in die verbanden zelf ligt en moet worden genomen” (link).

In de tweede plaats is het voor de lokale actoren – in het bijzonder de gemeenteraad – niet altijd eenvoudig om inzicht en controle te verkrijgen over hetgeen zich in het regiobestuur afspeelt. Veel raadsleden ervaren een (te) grote afstand tot het regiobestuur en klagen over een gebrek aan sturingsmogelijkheden. Ook om die reden is het zeker geen overbodige moeite om op regionale schaal afspraken te maken om de bestuurlijke integriteit te waarborgen.  

Wetswijziging Wgr

Om de bezwaren van de gemeenteraden te ondervangen, is overigens momenteel een wijziging van de Wgr in voorbereiding. De consultatieversie van de wetswijziging bevat enkele aanvullende controle-instrumenten voor gemeenteraden (zie daarover ook het onlangs verschenen blog van Anouk Hofman en Hugo Doornhof). De wetswijziging laat onverlet dat de regiolichamen – zoals gezegd – in de eerste plaats zelf de verantwoordelijkheid dragen voor de bestuurlijke integriteit. Hoewel wettelijke (inspannings)verplichtingen vooralsnog uitblijven, kan het in dat verband geen kwaad om in regionaal verband na te denken over een gedeeld instrumentarium.

Meld u aan voor onze nieuwsbrieven