Het gebruik van het begrip ‘horeca’, wat wordt bedoeld?

 30 mei 2018 | Blog

Voor het vastleggen van het gebruik van bedrijfsruimten wordt regelmatig opgenomen dat horeca al dan niet is toegestaan. Dat met het gebruik van het begrip 'horeca' discussie kan ontstaan bleek uit de volgende casus.

Recent is door een rechter duidelijk gemaakt dat het begrip "horeca" soms minder ver strekt dan wordt gedacht en wellicht de bedoeling is. Met name bij splitsingen in appartementsrechten van gebouwen met bedrijfsruimten op de begane grond en woningen daarboven kan dit van belang zijn. Men vreest overlast voor bewoners van de zich boven de bedrijfsruimten bevindende woningen door geuren ten gevolge van het bereiden van etenswaren in de bedrijfsruimte. Daarvoor wordt het horecaverbod opgenomen. Dit kan zich echter ook voordoen zonder dat sprake is van horeca.

Zijn take-out gelegenheden ook horeca?
In een bedrijfsruimte, deel uitmakende van een in appartementsrechten gesplitst gebouw, is een onderneming gevestigd die zogenaamde Poké bowls aanbiedt, een maaltijd volgens Hawaiiaanse receptuur, met rijst als basis. De klant kan de bowl verder zelf samenstellen met allerlei verse toppings, bestaande uit groentes en verse vis, die in de counter op de begane grond zijn uitgestald. De Pokébowl wordt in een gesloten take-out bakje aan de klant overhandigd of kan ter plaatse aan een van de tafels of zitjes in de bedrijfsruimte worden genuttigd. Er kunnen ook dranken worden gekocht en genuttigd. In het souterrain bevindt zich een keuken waar de produkten worden klaargemaakt. In de keuken staan 3 elektrische rijstkokers. Tevens worden in de keuken afhaalmaaltijden bereid.

De VvE stelt dat dit gebruik in strijd is met het splitsingsreglement. Daarin is opgenomen: "Het is verboden de privé-gedeelten als horecaruimte [..] te (doen) exploiteren, in de ruimste zin des woords. [..]

De VvE heeft aangevoerd dat de horeca-activiteiten in de bedrijfsruimte als volgt kunnen worden omschreven:

a.      het voor derden bereiden van (koude en/of warme) etenswaren en/of dranken in de meest brede zin van het woord;

b.      het verkopen/leveren van etenswaren en/of dranken voor (directe) consumptie;

c.       het beschikbaar stellen van gelegenheid om zittend dan wel staand etenswaren en/of dranken ter plaatse te nuttigen;

d.      het aanbieden van een afhaalpunt voor derden en/of bezorgdiensten waar etenswaren en/of dranken kunnen worden afgehaald.

De Rechtbank Amsterdam heeft in haar vonnis van 7 maart 2018 overwogen dat ingevolge het CBS onder 'horeca' wordt verstaan: "het verstrekken van logies en/of bereide maaltijden, snacks en dranken aan gasten voor onmiddellijke consumptie", alsmede dat het Algemeen Nederlands Woordenboek 'horeca' definieert als: "de bedrijfstak die bestaat uit commerciële dienstverlenende ondernemingen die logies verstrekken en/of spijzen en dranken voor gebruik ter plaatse". De Rechtbank stelt dan ook vast dat gelegenheid bieden voor onmiddellijke consumptie ter plaatse essentieel is om te kunnen spreken van horeca.

Gebruik deels geen en deels wel horeca
De Rechtbank heeft bij een opname ter plaatse (descente) waargenomen dat in de bedrijfsruimte in het souterrain rijst wordt gekookt en etenswaren worden ontdooid en gesneden. De Rechtbank acht dit gebruik gelet op voormelde definities niet in strijd met het horecaverbod. Hetzelfde geldt voor het aanbieden van een afhaalpunt voor derden en/of bezorgdiensten waar etenswaren en/of dranken kunnen worden afgehaald. Er is immers geen sprake van onmiddellijke consumptie ter plaatse.

De Rechtbank oordeelt dat dit anders ligt voor de activiteiten sub b (verkoop van etenswaren en/of dranken voor directe consumptie) en sub c (gelegenheid bieden de etenswaren en/of dranken zittend dan wel staan ter plaatse te nuttigen). Deze activiteiten kunnen op basis van voormelde definities wel als horeca-activiteiten worden aangemerkt. Daarmee wordt het horecaverbod in de VvE-regelgeving overtreden. De consequentie is dat de tafels, banken en andere zitgelegenheid in de bedrijfsruimte moeten worden verwijderd, zodat geen gelegenheid meer wordt geboden tot onmiddellijke consumptie ter plaatse van de verkochte etenswaren en/of dranken.

Juridisch advies of meer informatie?

Heeft u vragen over dit blog? Neem dan contact op met René Rietbroek.

Voor het vastleggen van het gebruik van bedrijfsruimten wordt regelmatig opgenomen dat horeca al dan niet is toegestaan. Dat met het gebruik van het begrip 'horeca' discussie kan ontstaan bleek uit de volgende casus.

Recent is door een rechter duidelijk gemaakt dat het begrip "horeca" soms minder ver strekt dan wordt gedacht en wellicht de bedoeling is. Met name bij splitsingen in appartementsrechten van gebouwen met bedrijfsruimten op de begane grond en woningen daarboven kan dit van belang zijn. Men vreest overlast voor bewoners van de zich boven de bedrijfsruimten bevindende woningen door geuren ten gevolge van het bereiden van etenswaren in de bedrijfsruimte. Daarvoor wordt het horecaverbod opgenomen. Dit kan zich echter ook voordoen zonder dat sprake is van horeca.

Zijn take-out gelegenheden ook horeca?
In een bedrijfsruimte, deel uitmakende van een in appartementsrechten gesplitst gebouw, is een onderneming gevestigd die zogenaamde Poké bowls aanbiedt, een maaltijd volgens Hawaiiaanse receptuur, met rijst als basis. De klant kan de bowl verder zelf samenstellen met allerlei verse toppings, bestaande uit groentes en verse vis, die in de counter op de begane grond zijn uitgestald. De Pokébowl wordt in een gesloten take-out bakje aan de klant overhandigd of kan ter plaatse aan een van de tafels of zitjes in de bedrijfsruimte worden genuttigd. Er kunnen ook dranken worden gekocht en genuttigd. In het souterrain bevindt zich een keuken waar de produkten worden klaargemaakt. In de keuken staan 3 elektrische rijstkokers. Tevens worden in de keuken afhaalmaaltijden bereid.

De VvE stelt dat dit gebruik in strijd is met het splitsingsreglement. Daarin is opgenomen: "Het is verboden de privé-gedeelten als horecaruimte [..] te (doen) exploiteren, in de ruimste zin des woords. [..]

De VvE heeft aangevoerd dat de horeca-activiteiten in de bedrijfsruimte als volgt kunnen worden omschreven:

a.      het voor derden bereiden van (koude en/of warme) etenswaren en/of dranken in de meest brede zin van het woord;

b.      het verkopen/leveren van etenswaren en/of dranken voor (directe) consumptie;

c.       het beschikbaar stellen van gelegenheid om zittend dan wel staand etenswaren en/of dranken ter plaatse te nuttigen;

d.      het aanbieden van een afhaalpunt voor derden en/of bezorgdiensten waar etenswaren en/of dranken kunnen worden afgehaald.

De Rechtbank Amsterdam heeft in haar vonnis van 7 maart 2018 overwogen dat ingevolge het CBS onder 'horeca' wordt verstaan: "het verstrekken van logies en/of bereide maaltijden, snacks en dranken aan gasten voor onmiddellijke consumptie", alsmede dat het Algemeen Nederlands Woordenboek 'horeca' definieert als: "de bedrijfstak die bestaat uit commerciële dienstverlenende ondernemingen die logies verstrekken en/of spijzen en dranken voor gebruik ter plaatse". De Rechtbank stelt dan ook vast dat gelegenheid bieden voor onmiddellijke consumptie ter plaatse essentieel is om te kunnen spreken van horeca.

Gebruik deels geen en deels wel horeca
De Rechtbank heeft bij een opname ter plaatse (descente) waargenomen dat in de bedrijfsruimte in het souterrain rijst wordt gekookt en etenswaren worden ontdooid en gesneden. De Rechtbank acht dit gebruik gelet op voormelde definities niet in strijd met het horecaverbod. Hetzelfde geldt voor het aanbieden van een afhaalpunt voor derden en/of bezorgdiensten waar etenswaren en/of dranken kunnen worden afgehaald. Er is immers geen sprake van onmiddellijke consumptie ter plaatse.

De Rechtbank oordeelt dat dit anders ligt voor de activiteiten sub b (verkoop van etenswaren en/of dranken voor directe consumptie) en sub c (gelegenheid bieden de etenswaren en/of dranken zittend dan wel staan ter plaatse te nuttigen). Deze activiteiten kunnen op basis van voormelde definities wel als horeca-activiteiten worden aangemerkt. Daarmee wordt het horecaverbod in de VvE-regelgeving overtreden. De consequentie is dat de tafels, banken en andere zitgelegenheid in de bedrijfsruimte moeten worden verwijderd, zodat geen gelegenheid meer wordt geboden tot onmiddellijke consumptie ter plaatse van de verkochte etenswaren en/of dranken.

Juridisch advies of meer informatie?

Heeft u vragen over dit blog? Neem dan contact op met René Rietbroek.