Versnelling woningbouw onder de Omgevingswet?

31 maart 2020 | Blog

Het kabinet luidt de noodklok: woningbouw moet sneller van de grond! Woningtekorten zijn al hoog en de behoefte aan betaalbare woningen blijft stijgen. Hoewel er met name een schaarste aan woningbouwlocaties lijkt te zijn, werken trage procedures en lange bezwaar- en beroepsprocedures ook niet echt mee. De vraag is of dat onder de Omgevingswet anders zal zijn. Ik vrees van niet, integendeel.

Een nieuwe wet, zeker één met een impact als die van de Omgevingswet, zal sowieso de nodige weerslag hebben op de realisatie van woningbouwprojecten. Gemeenten zullen hun weg weer moeten vinden in de nieuwe regelgeving.

Nieuwe coördinatieregeling

Daarnaast werkt de beoogde nieuwe coördinatieregeling ook niet mee. Deze nieuwe coördinatieregeling is opgenomen in de – afgelopen zomer – voorgestelde wijziging van de Awb en enkele andere wetten in verband met het nieuwe omgevingsrecht en nadeelcompensatierecht (TK 35 256). Momenteel staat tegen gecoördineerd voorbereide besluiten op grond van artikel 8.3 Wro altijd rechtstreeks beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak open. Onder de Omgevingswet is als gevolg van het te wijzigen artikel 3:29 Awb alleen rechtstreeks beroep mogelijk bij de Afdeling bestuursrechtspraak, indien tegen één of meerdere besluiten beroep kan worden ingesteld bij de Afdeling.

Hoewel het wetsvoorstel al de reactie heeft opgeroepen dat deze regeling, mede gelet op de expliciet gelegde relatie met het nieuwe omgevingsrecht, beter in de Omgevingswet had kunnen worden opgenomen, wil de minister daar niet van weten. De minister wil een regeling die over de volle breedte van het bestuursrecht moet kunnen worden toegepast. De in de Wro geregelde versnelde en verkorte beroepsprocedure tegen besluiten die met toepassing van de gemeentelijke coördinatieregeling zijn voorgesteld, zou een forse afwijking betekenen van de algemene hoofdregel van de Awb dat rechtsbescherming in twee instanties open staat, aldus de minister (TK 35256, nr. 3, p. 25).

Coördinatie met omgevingsplan

Mede naar aanleiding van reacties van Neprom en VNG op de internetconsultatie wijst de minister er voorts op dat in het omgevingsrecht veelal gecoördineerd zal worden met een besluit waartegen beroep in eerste en enige aanleg bij de Afdeling bestuursrechtspraak openstaat. Daarnaast wijst de minister op artikel 5.55 van de Omgevingswet dat voorziet in een aan het projectbesluit gelijkwaardige procedure voor het gemeentebestuur voor de voorbereiding van regels in het omgevingsplan ter uitvoering van een project van publiek belang.

Buitenplanse omgevingsplanactiviteit is een aantrekkelijker alternatief

De door de minister gedane suggesties waarbij beroep in eerste en enige aanleg bij de Afdeling openstaan, gaan ervanuit dat een omgevingsplan wordt vastgesteld. Het vaststellen van een omgevingsplan is echter zo eenvoudig niet. Immers, bij het vaststellen van een omgevingsplan vervallen alle tijdelijke regels (oude planregels en bruidsschat) én moet het vaststellingsbesluit voldoen aan de nieuwe regels van de Omgevingswet. Het verlenen van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit voor concrete woningbouwplannen is in dat geval een stuk eenvoudiger. Dat zou ervoor pleiten om voor woningbouwprojecten die gecoördineerd worden voorbereid met toepassing van de buitenplanse omgevingsplanactiviteit wel degelijk beroep in eerste en enige aanleg bij de Afdeling bestuursrechtspraak mogelijk te maken.

Te coördineren besluiten

Dan moet er natuurlijk wel sprake zijn van te coördineren besluiten. Als straks gelijktijdig met de inwerkingtreding van de Omgevingswet ook de Wet kwaliteitsborging in werking treedt, zal de vergunningplicht voor bouwactiviteiten die onder de Wet kwaliteitsborging vallen, waaronder woningen, komen te vervallen. Dat zou ervoor pleiten om (in de Omgevingswet) te regelen dat tegen een buitenplanse omgevingsplanactiviteit ten behoeve van woningbouw met een bepaalde omvang rechtstreeks beroep open staat bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

Conclusie

Hoe dan ook, ik vraag mij af of de keuze van de minister voor een (coördinatie)regeling die over de volle breedte in het bestuursrecht kan worden toegepast met het oog op de huidige woningbouwtekorten wel de juiste keuze is. Naar mijn mening bestaat er alle reden de huidige versnelde en verkorte procedures voor woningbouw te handhaven, teneinde vertraging in de woningbouwproductie te voorkomen.

Meld u aan voor onze nieuwsbrieven